Scooters en bootjes
In de prachtige Ninh Binh provincie begonnen we met het maken van een boottocht. Vlakbij onze homestay konden we een bootje huren met een mannetje erbij die ons 2 uur lang de rivier over roeide. En
dat roeien deden ze niet met hun handen maar met hun voeten. Ziet er bijzonder uit maar is heel effectief. We voeren tussen prachtige groene bergen door en passeerden daarbij 3 grotten. Daar gingen
we met het bootje onderdoor, waarbij je soms moest bukken om te voorkomen dat je je hoofd zou stoten. Na de boottocht huurden we scooters en reden we naar Hang Mua. Maar liefst 500 traptreden
moesten we omhoog klimmen om te kunnen genieten van een schitterend uitzicht. Het was bloedheet dus het zweet droop al gauw van je hele lijf af. Maar het was het waard. We zijn ook nog naar een
pagoda gereden waar een grot bij was met vleermuizen. Ondertussen was het ons opgevallen dat je bij elke bezienswaardigheid je scooter op een scooter-parkeerplaats kon parkeren, waar je natuurlijk
voor moest betalen. Na dat een aantal keer meegemaakt te hebben bedachten we dat we evengoed de scooter in de berm konden parkeren. Er staan immers overal scooters geparkeerd. Dat werd dan ook onze
handelswijze, tot groot ongenoegen van de Vietnamezen die je zo'n parkeerplaats op probeerden te krijgen. De volgende dag huurden we de scooters ook nog en toen zijn we naar Hoa Lu gereden, dat
lang geleden de hoofdstad was. Daar is nu niet veel van over en het was weinig bijzonder. Daarna nog een pagoda bekeken van afstand. Je kon er wel heen lopen maar je wordt vrij lui als je een
scooter ter beschikking hebt. Vervolgens wilden we nog naar een floating village maar die hebben we nooit gevonden. Wel lekker rond gereden in de omgeving, prachtig. Ondertussen brandde de zon
goed. En zo op de scooter in shirtje en korte broek; lekker verbranden. Daar viel niet tegen aan te smeren. 'S avonds de nachttrein genomen naar Hue. Met z'n vieren hadden we een cabine. Om 12 uur
's nachts was Danja jarig, dus dat vierden we met een meegenomen flesje cider en een bus Pringles. Ondertussen waren de eerste kakkerlakken in onze cabine al gespot. Niettemin vrij goed geslapen.
'S ochtends kwamen we dan ook fris en fruitig aan in Hue, na in de trein nog genoten te hebben van ons meegenomen ontbijtje; een broodje met ongeveer 3 krenten (is de naam krentenbol niet waard),
een appel en een pakje yoki-achtig spul. Taxi genomen naar het hotel en op zoek gegaan naar een winkeltje waar ze taarten verkopen om Danja's verjaardag te vieren. Het was even zoeken maar daarna
gesmuld! Vervolgens weer een scooter gehuurd en op pad gegaan. Iedere toerist in Hue bezoekt de citadel. Wij niet. Wij gingen op zoek naar een verlaten waterpark. De bouw van dit enorme waterpark
begon zo'n 15 jaar geleden. Het is nooit afgemaakt, maar wel korte tijd open geweest. Het heeft veel geld gekost maar is nooit geworden wat de bedenkers ervan in gedachten hadden toen ze begonnen.
Nadat het park gesloten was en de bouw gestaakt is er niets meer aan gedaan. Daardoor is het nu een door bomen en struiken overwoekerd geheel, wat een beetje griezelig aan doet. Te meer nu er een
aantal krokodillen heeft geleefd. In een inmiddels leegstaand bassin waar schijnbaar een fontein show is geweest zouden de krokodillen hebben huisgehouden. Nu het park echter nog met regelmaat
bezocht werd is op enig moment besloten de krokodillen weg te halen. De gedachte er aan is echter wel een beetje creepy als je er rond loopt. De hoofdingang van het park hadden we snel gevonden
maar daar mocht je niet in. We hadden al gelezen op internet dat er ergens een zij-ingang moest zijn waar je toch naar binnen kon. Ondertussen troffen we 3 hippie-achtige Nederlanders, eveneens op
scooters, die ook naar binnen wilden. Gezamenlijk maar op zoek gegaan dus naar een weggetje dat ons toegang tot het park zou verschaffen. Na een tijdje gezocht en rond gereden te hebben viel het
ons op dat er een mannetje in een blauw pakkie steeds achter ons aan reed. Op een gegeven moment stuurde hij ons weg. Wij wilden echter per se dat waterpark in en de andere jongens ook. Zij
bedachten dat de man misschien wel gevoelig was voor wat geld. Ze boden hem wat aan en na eerst hardnekkig te weigeren ging hij na enige tijd toch overstag. Wij trokken dan ook maar onze
portemonnee en na het omkopen van dit ambtenaartje (zo'n 1,50 euro was genoeg) mochten we verder, maar we mochten nergens op klimmen, nergens op tekenen en niet roken. Zo vervolgden we onze
zoektocht. Dat verliep echter niet helemaal soepel en op een gegeven moment waren we een behoorlijk stuk het bos in gereden, waar we via stijle smalle paadjes met onze scooters door manoeuvreerden.
Toen we maar steeds niks tegen kwamen zijn we weer omgedraaid en gelukkig de goede weg nog gevonden. Zo kwamen we aan bij een drietal glijbanen dat uitkwam in een zwembad. Even verderop was een
enorme draak. Je kon via een trap in de bek van de draak komen en vanaf daar kon je ver kijken. Met wat inbeeldingsvermogen was het best voor te stellen dat dit een waanzinnig waterpark had kunnen
worden. In de draak was ooit ook een aqarium, waar nu slechts een hoop glasscherven van over waren. Al met al was dit een heel bijzondere plek! Terug naar de stad gereden waar we 's avonds heerlijk
hebben gegeten en een cocktail hebben gedronken, het was immers nog steeds Danja's verjaardag. Tijdens het eten kwamen we het Nederlandse gezin weer tegen dat we op de boot in Halong Bay hadden
ontmoet. Die waren we in Ninh Binh ook al tegen gekomen. Toevallig..
De dag er na begonnen we aan onze rit van Hue naar Hoi An. Dit keer rijden we zelf, op de scooter natuurlijk. We huurden voor 2 dagen een scooter en lieten de backpacks naar het hotel in Hoi An
brengen. Ik had een route uitgestippeld en die bleek fantastisch! Door kleine dorpjes, langs rijstvelden, meren en bergen. Smalle weggetjes wisselden bredere wegen af, waar je lekker hard kon
rijden. Deze scooters kennen geen begrenzing. Even getest natuurlijk; bij 100 km per uur vonden we het wel welletjes. Onderweg gestopt bij de Elephant Springs, waar we lekker in helder water hebben
gezwommen. Na ongeveer 100 kilometer gereden te hebben zijn we gestopt in Lang Co, een plaatsje aan de zee. Er viel betrekkelijk weinig te beleven. We boekten een matig hotel en aten bij een tentje
met plastic stoeltjes waar we voor 8 euro nog wat 4 borden eten en 4 blikjes drinken kochten. Daarna dronken we nog een biertje aan het strand tussen de Vietnamezen.
De volgende dag begonnen we aan het beste deel van de rit: de Hai Van pas. Op deze pas is het niet heel druk, want er loopt ook een tunnel onder de berg door. De tunnel is verboden voor scooters, dus op de pas zie je met name scooters en ook wat busjes met toeristen. Ondanks dat het weer niet geweldig was heb ik enorm genoten van de haardspeldbochten, de uitzichten op de zee, het strand en de bergen. Een koe hier en daar langs de weg. Het was prachtig! Daarna doorgereden naar Danang en daar de Monkey Mountain opgereden. Dit was een veel smallere en minder drukke weg dan de Hai Van pas, maar ook heel mooi. Het stuk omhoog was goed geasfalteerd maar na het hoogste punt werd dat wel anders. De bedoeling was om een rondje te maken en aan de andere kant van Danang weer uit te komen maar dat is niet helemaal gelukt. Er waren zo nu en dan punten waarop je een richting moest kiezen en dat is kennelijk ergens fout gegaan. Het gevolg was dat we die hele apenberg gezien hebben. De weggetjes werden steeds smaller en minder goed begaanbaar. Ondertussen regende het en hadden we onze poncho's aangetrokken. Google Maps gaf gelukkig wel aan waar we waren dus op die manier probeerden we steeds de goede richting op te gaan. Ruben stopte op enig moment even om een jasje aan te trekken en toen we daar zo even stil stonden maakte de berg zijn naam waar. We hoorden een hoop lawaai boven ons en toen we keken zagen we een enorme aap. Op zo'n 2 a 3 meter boven ons kwam het dier even polshoogte nemen. We schrokken er een beetje van maar gaaf was het wel. Op enig moment reed er een vrouwtje langs ons die vroeg waar we heen moesten en ze nam ons vervolgens op sleeptouw naar de grote weg en zo reden we Danang weer in. Daar hadden we afgesproken met Laurens en Danja, die niet mee de apenberg op waren maar een brug in Ba Na Hills hadden bekeken. Doorgereden naar Hoi An, waar we aan het eind van de middag aankwamen. Daar kwam, na ruim 240 kilometer, een einde aan onze scooter trip die we in Hue begonnen waren. Hoi An is een schattig stadje, met veel toeristen. Het centrum hangt vol met lampionnen en overal zijn restaurantjes en winkeltjes. De eerste hele dag hebben we rondgehangen in het stadje, spulletjes gekocht, massage genomen, de was laten doen. Even chillen dus. 'S avonds op de night market gegeten van de diverse street vendors die je er ziet. We aten heerlijk! Vanochtend hebben we een boottochtje gemaakt, waar we met de fiets naar toe gingen. Niet echt comfortabel in de hitte hier. Het bootje was wel leuk, een rond bamboe bootje. Ook nog een lunch gekregen daar. Na al dat fietsen waren we er wel weer klaar mee en nu liggen we dan ook heerlijk te chillen aan het strand. Morgen vroeg op om een binnenlandse vlucht naar Ho Chi Minh City te nemen. Het voelt een beetje alsof we dan naar het laatste deel van de vakantie gaan, maar hey, we hebben nog ruim een week te gaan! Saigon, here we come!
Reacties
Reacties
Weer een heel leuk verhaal!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}